Deze feiten en cijfers geeft een overzicht van het anticonceptiegebruik van Belgische jongeren en volwassenen.

  • De anticonceptiepil blijft nummer één.
  • Maar het pilgebruik daalt ten voordele van langdurige anticonceptie. 
  • Bij deze langwerkende alternatieven hebben jongeren en volwassenen andere voorkeuren.

We baseren ons op:

  • De Belgische Gezondheidsenquête 20195
  • Europees onderzoek naar de seksuele gezondheid van jongeren (2023)4
  • Verkoopscijfers (2004-2015) van Belgische apotheken, verwerkt door de Algemene Pharmaceutische Bond (APB).12

Anticonceptiegebruik stijgt bij alle vrouwen (15-49 jaar)

Het anticonceptiegebruik bij vrouwen in de vruchtbare leeftijd (15-49 jaar) is sterk toegenomen.

In 2013 gebruikte 78,4% van de vruchtbare vrouwen anticonceptie, in 2018 is dat 83,8%. 8 op de 10 vruchtbare vrouwen in België gebruikt dus anticonceptie. 5

Die stijgende trend bleek ook al eerder uit de verkoopscijfers: tussen 2004 en 2015 stegen die met 6% (van 48% naar 54%).12

Anticonceptiegebruik stijgt vooral bij jongeren

De stijging van het anticonceptiegebruik komt gedeeltelijk door een sterke stijging bij jongeren.

90,5% van de jonge vrouwen (15-21 jaar) bevraagd in de Nationale Gezondheidsenquête gebruikten het afgelopen jaar anticonceptie.5

Het anticonceptiegebruik bij jongeren tussen 15 en 21 jaar verdubbelde al tussen 2004 en 2015, dat bleek eerder uit verkoopscijfers.12

De pil is nog altijd nummer één, ook bij jongeren

Vierjaarlijks Europees gezondheidsonderzoek (HBSC) peilt eveneens naar het anticonceptiegebruik van Vlaamse jongeren. De recentste cijfers gaan over 2022.4
Jongeren gebruiken, naast het condoom, vooral de anticonceptiepil als voorbehoedsmiddel. 65,2% van de meisjes en 58,8% van de jongens (13-18 jaar) geeft aan dat zijzelf of hun partner de pil gebruikten bij hun recentste sekscontact. Vooral de 'oudere' jongeren (17-18 jaar) gebruiken de pil.

In vergelijking met 2018 nam in 2022 het aantal jongeren dat de anticonceptiepil gebruikte tijdens het laatste seksueel contact af. Deze daling situeert zich vooral bij de jongeren tussen 15 en 18 jaar. 4

Van de 15-21 jarigen bevraagd in de Nationale Gezondheidsenquête gebruikt ook 78,9% de pil.5

Pilgebruik daalt, spiraaltje en andere alternatieven stijgen

In 2013 gebruikte 54,2% van de vrouwen die anticonceptie gebruiken de pil. In 2018 daalde dat verder naar 48,1%.5

Deze trend zagen we ook eerder in de verkoopscijfers:

  • In 2004 kocht 85% van de vrouwen die anticonceptie gebruikten de pil.
  • In 2015 was dat 77%.12

Alternatieve anticonceptiekeuze bij volwassenen: spiraaltje is nummer één

Vrouwen kiezen vooral voor het spiraaltje als alternatief voor de pil. Vanaf 25-34 jaar gaat 21,4% van de gebruikers van anticonceptie over op een spiraaltje. Vanaf 35 jaar stijgt het gebruik nog meer.5
Dat blijkt ook uit de verkoopscijfers: tussen 2004 en 2015 werden maandelijks ongeveer 6.000 spiraaltjes afgeleverd. Daarvan waren er ongeveer 5.000 hormonaal en een duizendtal koperspiraaltjes.12

Na het spiraaltje volgen

  • Vaginale ring
  • Hormonaal implantaat
  • Prikpil
  • Anticonceptiepleister

Alternatieve anticonceptiekeuze bij jongeren: vooral hormonaal implantaat

Als alternatief voor de pil gebruiken jongeren (15-21 jaar) in eerste instantie5

  • Hormonaal implantaat of de prikpil (6,3%)
  • Pleister of de vaginale ring (5,5%)
  • Spiraaltje (2,8%)

Barrièremiddelen zoals pessarium (diafragma) of zaaddodend middel gebruiken jongeren maar heel weinig. 

Een minderheid van de Vlaamse jongeren zegt dat ze een condoom gebruikten bij het recentste seksueel contact. In 2022 was dit 44,3%.

In vergelijking met de bevindingen uit 2018 nam het percentage jongeren dat een condoom gebruikte tijdens de eerste keer seks af bij alle leeftijdsgroepen. De laagste prevalentie werd geobserveerd bij de 13- tot 14-jarigen (44,4%), gevolgd door de 15- tot 16-jarigen (63,3%). De hoogste prevalentie van condoomgebruik tijdens het eerste seksueel contact werd bij de 17- tot 18-jarigen waargenomen (67,2%). 

In vergelijking met de bevindingen uit 2018 bleef het percentage jongeren dat een condoom gebruikte tijdens het laatste seksueel contact wel stabiel.4

Verschuiving in pilgebruik: voorkeur 2e generatie en minipil

Ook in de keuze van de pil zijn er verschuivingen. Zo neemt het gebruik van de eerste generatie anticonceptiepillen af. Vanaf 2013 daalt ook het gebruik van de pillen van de derde en vierde generatie. Het pilgebruik van de tweede generatie en van de minipil neemt sinds 2012 duidelijk toe.12

Lees meer over de 4 pilgeneraties

Deze toename situeert zich vooral bij de jongeren: 25% van de gebruikers van de tweede generatie pillen zijn jongeren. De daling van de derde en vierde generatie pillen heeft ongetwijfeld te maken met de berichtgeving in de media.

Begin 2013 berichtten de media over de risico's van deze pillen op de gezondheid (licht verhoogd risico op trombose). Naar aanleiding daarvan schreef het Belgisch Centrum voor Farmacotherapeutische Informatie (BCFI) voor dat de 2e generatie pillen te verkiezen zijn boven die van de derde en vierde generatie. 

Voorkeur voor grotere verpakkingen

Binnen het pilgebruik is er bovendien een trend naar het gebruik van grotere verpakkingen. In het verleden was dat gewoonlijk 3 x 21 tabletten voor 3 maanden, maar de laatste jaren zijn de verpakkingen voor 6 maanden of zelfs een jaar steeds meer in opmars.12

Gebruik noodanticonceptie blijft laag en redelijk stabiel

Tussen 2004 en 2014 zagen we het gebruik van de noodpil licht maar constant stijgen. De laatste jaren blijft het gebruik laag en redelijk stabiel.12
5,6% van de jongens en 4,3% van de meisjes zegt dat zijzelf of hun partner de noodpil heeft gebruikt. Vooral de jongste leeftijdsgroep gebruikt de noodpil. Een groter aandeel van de meisjes komt uit het beroeps secundair onderwijs, in vergelijking met meisjes uit de andere opleidingsvormen.4

De noodpil met levonorgestrel wordt het meest verkocht. Sinds 2015 zien we de noodpil met ulipristal licht stijgen ten nadele van de noodpil met levonorgestrel.12

Voorlichting en terugbetaling zorgt voor betere toegankelijkheid

Sensoa zorgt voor laagdrempelige informatie over anticonceptie. En pleit ervoor dat anticonceptie en de noodpil voor iedereen betaalbaar is. 

Goede informatie geven over anticonceptiekeuze

Dat vrouwen nadenken over hun anticonceptiekeuze is een goede zaak. Vrouwen zijn zich duidelijk meer bewust van de keuzemogelijkheden. Goede informatie helpt vrouwen om een middel te kiezen dat aansluit bij hun levensstijl en behoeften. 

Anticonceptie voor jongeren goedkoper tot en met 24 jaar

Elke jongere (jonger dan 25 jaar) krijgt per maand 3 euro korting bij de aankoop van anticonceptie. Deze korting komt bovenop de gedeeltelijke terugbetaling door de ziekteverzekering op sommige anticonceptiemiddelen.

Deze maatregel bestond sinds 2004 voor jongeren tot 21 jaar en werd vanaf 1 april 2020 uitgebreid naar jongvolwassenen van 24 jaar of jonger. 

Bijvoorbeeld: bij aankoop van een pil van 3 maanden, krijgt de jongere 9 euro korting door de ziekteverzekering. Daardoor worden sommige middelen gratis. 

Het effect van deze maatregel blijkt ook uit de verkoopcijfers van het hormonaal spiraaltje. Sinds het spiraaltje gratis is voor jongeren, wordt het bijna 40% vaker gebruikt

Betaalbare anticonceptie voor andere kwetsbare groepen

Ook voor andere kwetsbare groepen kan een terugbetalingsmaatregel helpen om anticonceptie toegankelijk te maken. Denk aan mensen in armoede, asielzoekers

Momenteel zitten weinig anticonceptiemiddelen in het systeem voor terugbetaling door de ziekteverzekering. En vaak zijn de meest betrouwbare middelen de duurste. Voor veel mensen is het onmogelijk om ineens 150 euro te betalen voor een spiraaltje. Het spiraaltje werkt wel 5 jaar en is dus in feite niet zo duur, maar het bedrag moet wel in één keer betaald worden.

Daarom pleit Sensoa voor een structurele oplossing rond de financiële toegankelijkheid van anticonceptie en de noodpil voor mensen die recht hebben op een verhoogde tegemoetkoming.